Waar is Wally?

Ken je Waar is Wally?

Wally is een vrolijk mannetje. Hij draagt een blauwe broek en een rood-wit gestreepte trui.

In de boeken over Wally staan afbeeldingen van enorme mensenmassa’s. Op het strand, op de kermis, op de skipiste: you name it.

De opdracht is om Wally te vinden op de platen. Dat is moeilijk: hij heeft zich meestal goed verstopt en is maar deels te zien. Des te groter de bevrediging als het lukt.

De kenniswerkers met wie ik werk, maken soms het tegenovergestelde van een Wallyplaat. Want als je over een complex onderwerp vertelt, kom je al snel uit op abstracte concepten. En nul mensen.

Dat is een nadeel. Want mensen vinden een verhaal over andere mensen meestal aansprekender dan een abstract alternatief.

Voorbeeld?

Stel, je verhaal gaat over ondergrondse CO2-opslag.

Je hebt het bijvoorbeeld over de opwarming van de aarde, afvangtechnieken, transport naar opslagplaatsen, opslag in diepe aardlagen, risico’s en kosten.

Om het verhaal herkenbaarder te maken, stel je vervolgens de vraag: waar zijn de mensen? Oftewel: waar is Wally?

Bewoners moeten bijvoorbeeld hun huis verlaten door bosbranden omdat de aarde opwarmt. Wetenschappers van technische universiteiten ontwikkelen de technieken om CO2 af te vangen. Vloeibaar CO2 wordt onder meer getransporteerd met schepen. Bemanningsleden volgen speciale trainingen om de CO2 veilig te vervoeren.

Et cetera.

Wally zoeken is leuk. Maar de mensen in je verhaal moet je niet te goed verstoppen.

Groet,

Arnaud